Uitdaging
De Waalse administratie en erkende bodemdeskundigen hebben onvoldoende kennis van opkomende verontreinigende stoffen (CEC’s).
De Waalse administratie en erkende bodemdeskundigen hebben onvoldoende kennis van opkomende verontreinigende stoffen (CEC’s).
Arcadis onderzoekt 9 CEC-families en formuleert aanbevelingen om de stoffen beter te kunnen opsporen en aanpakken bij bodemonderzoek.
Beter inzicht in impact van CEC’s op mens en milieu betekent dat we onze bodem en grondwater beter kunnen beschermen.
De Waalse overheid stelde vast dat niet enkel haar eigen administratie, maar ook de gecertificeerde bodemsaneringsdeskundigen waar zij beroep op doet, onvoldoende informatie hebben over opkomende verontreinigende stoffen (ook bekend onder de Engels term ‘Contaminants of Emerging Concern’, afgekort tot ‘CEC’).
Ze hebben onvoldoende kennis over het gedrag van bepaalde CEC’s in de bodem en in het grondwater. Dit zou kunnen leiden tot onvolledige bodemstudies en gebrekkige gegevens over de aanwezigheid van deze CEC’s in het milieu.
Arcadis is geselecteerd door de Waalse overheid (SPW) en de minister van Milieu om 9 specifieke CEC-families te bestuderen en op basis daarvan aanbevelingen te definiëren voor bodem- en grondwateronderzoek en -analyse.
De namen van de 9 CEC-families zijn voer voor Scrabblekampioenen: PCB's, dioxinen/furanen, ftalaten en weekmakers, vlamvertragers, bisfenolen, chloorbenzenen, chloornaftalenen (PCN's), gechloreerde paraffines met een korte keten (SCCP's) en hexachloorbutadieen (HCBD).
De startvergadering voor dit tweejarige project vond in januari 2024 plaats in Luik samen met SPW (onze opdrachtgever), SPAQuE (een publieke organisatie gespecialiseerd in de sanering van vervuilde grond) en ISSEP (het Waals Openbaar Wetenschappelijk Instituut).
De eerste fase zal bestaan uit een literatuurstudie om:
• een database samen te stellen van de kenmerken van de 9 CEC-families,
• de verbanden te identificeren tussen deze CEC’s en menselijke activiteiten in het Waalse Gewest,
• de beschikbare analytische oplossingen van laboratoria te bestuderen.
Op basis daarvan zullen we bepalen wat de prioritaire verontreinigende stoffen zijn. Die stoffen zullen verder bestudeerd worden in een tweede fase.
Na afloop stellen we een database ter beschikking met daarin de fysicochemische kenmerken van de CEC’s, hun verband met menselijke activiteiten, hun aanwezigheid in het milieu en de beschikbare analysemethoden.
Daarbij formuleren we specifieke, praktische aanbevelingen over de aanpak van de onderzochte CEC’s zodat erkende bodemsaneringsdeskundigen en overheidsinstanties dit kunnen gebruiken bij bodemonderzoeken. Op die manier kunnen ze, in het kader van het bodemdecreet, de opsporing van deze verontreinigende stoffen verbeteren.
Na afronding van deze studieopdracht zullen we een beter inzicht hebben in de impact van CEC’s op mens en milieu in Wallonië. Met die kennis kunnen we onze bodem en ons grondwater beter beschermen.
De opgestelde aanbevelingen zullen gedeeld worden met erkende bodemsaneringsdeskundigen en de autoriteiten door middel van een samenvattend document en enkele opleidingsdagen.